In het eerste kwartaal van 2022 nam de hypotheekschuld toe met 10,1 miljard euro vergeleken met een kwartaal eerder. Doordat de economie harder groeide dan de woninghypotheekschuld, nam de hypotheekschuld als percentage van het bbp af; van 91,7% in het laatste kwartaal van 2021 naar 90,4% in het eerste kwartaal van 2022. Dit is het laagste niveau na het tweede kwartaal van 2004.
Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers over de financiën van huishoudens. Het reëel beschikbaar inkomen van huishoudens was in het eerste kwartaal van dit jaar 2,1% hoger dan een jaar eerder. De toename is vooral toe te schrijven aan een stijging van de beloning van werknemers, door hogere cao-lonen en meer banen.
Hoger inkomen
Het inkomen van zowel werknemers als zelfstandigen lag hoger dan in het eerste kwartaal van 2021. De totale beloning van werknemers groeide met 7,7%. Het aantal banen was 5,1% hoger en het aantal gewerkte uren groeide met 7,6%. De cao-loonstijging kwam op 2,5% uit. Het gemengd inkomen lag 12,0% hoger. De stijging van het totaal aan ontvangen uitkeringen bedroeg 3,3%. Er zijn vooral meer AOW- en arbeidsongeschiktheidsuitkeringen uitgekeerd. De ontvangen sociale voorzieningen waren lager, vooral doordat er minder studiefinanciering werd ontvangen. Huishoudens betaalden 6,5% meer belastingen en sociale premies.